Desimber

Yn ’e sinne op
en yn ’e damp
leit it doarp
foar mij yn silhûet.

Minskestallen
meitsje har dêrút los
wurde minske
yn ’t foarbijgean.

Giel transparant
it geheim,
‘goeie’
is it wachtwurd.

Ut: Janneke Spoelstra, Goeie is it wachtwurd, Utjouwerij Frysk en Frij, 2004. (earder yn: Frysk
Skriuwerskalinderboek, 1995, Stichting It Fryske Boek, Ljouwert 1994)

Moeting

Dyn loaits skimeret
as moarnsljocht tusken beammen.
Dyn seeblaue twinkels
treffe my yn eigen each.
As in lizzende klambôge
krôlet dyn glimk ek myn lippen.
Dyn rook fan ûnferjitlike krûpkes
huzet yn de hierkes op myn earm.
Us moetsjen is likernôch trije tuten.

© Carla van der Zwaag

1 febrewaris 2021

Yn ôfwachting

Underdûkt
yn it each fan de stoarm.
Jusjes knikkend.
In golle laits efter lapke.
Doeg of hoi of goeie sizze
is alles dat noch bynt.
In oare  toan,
yn langstme nei krûpkes en tuten.

© Carla van der Zwaag

1 febrewaris 2021

Laten wij hoop begroeten

Zie de vele handen, leeg en verstild
liggend in schoten, verstoken van
raakbaarheid door koortsige angst.
Geïmpregneerd tot wassen knoken

Zij zijn veroordeeld tot loze fantomen
waar bloed venen kolkt tot onrust,
ingehouden tastzin de ziel verstikt
tot een verwrongen passievrucht.

Maar wie zijn wij, dat wij de slechtste
raadgever volgen op zijn route? Dat
wij verworden tot woekerend mos,
enkel nog in staat onszelf te schrapen?

Laten wij hoop omarmen, onze handen
als fakkels doen lichten in schijnsels
naar elkaar, onze geestdrift bevrijden
uit lamgeslagen machteloosheid.

Hoop uitstralen, elkaar aanwakkeren
angst te laten varen, elkaar begroeten
in alle vormen die er maar bestaan, al
zij het dan op afstand, maar gedegen!

Laten wij weer echte post versturen
omdat tastbaarheid zo gemist wordt
omdat ouderen vaak geen computer
en dolblij zijn met een kaartje

of vlaggetjes haken, voor alle straten
zodat versiering een andere sfeer
dan het moedeloze dag in dag uit
staren in het lege buiten niets

Laten wij elkaar begroeten, zwaaien
naar elkaar op landelijk bepaalde tijd,
hoop beschrijven op spandoeken en
harten delen in gebarentaal

opdat hoop blijft regeren, angst naar
lager wal verdwijnt, en knoken onrust
omzetten in liefdevolle gebaren tot
vreugde, en weten dat het ooit weer goed.

© JELOU

RONDJE KAMER

Het is nog licht wanneer ik de kamer binnen loop
Al na twee passen staken mijn benen
Mijn oog valt op het reliëf op de muur
Een trilling kriebelt vanuit mijn rug, via mijn nek en mijn borst naar mijn buik
Alsof ik dit voor het eerst zie

Ik loop traag naar de muur en kijk aandachtig
Twee, vier, acht, misschien wel zestien seconden
Staar naar het reliëf, de beweging
Voel dromen met mijn vingers
Alsof ze in braille geschreven staan
Ik denk dat ik het niet kan maar wil het proberen

Zet één voet tegen de muur
En dan de ander
Verbaasd..vast en zeker
Schuifel kleine pasjes omhoog
Recht langzaam mijn rug
Neem een stap
En nog een
En nog twee
Dat zijn er vier

Zie jou staan
Jij kijkt mij aan
Ik kijk jou aan
Je biedt me jou hand
Ik kijk naar jouw hand
Leg mijn hand er in
Voel jouw warmte
Samen lopen we verder
Over de muur
Hand in hand

Vier passen en nog vier
Hier staat een ander
De ander kijkt mij aan
En ik kijk de ander aan
Ik bied de ander mijn hand
De ander legt een hand in die van mij
Ik voel de warmte van twee handen
Samen lopen we verder
Over de muur
Hand in hand

Zestien stappen tot helemaal bovenaan
Zetten samen één voet op het plafond
Daarna de andere voet

We kijken onze ogen uit
Naar alles op de kop
Behalve wij
Ik zucht, lucht op
We lopen over het plafond
Een rondje om de kamer

Misschien na nog een halve ronde
Wijs jij ons op de lamp
Zo’n beetje in het midden
We lopen er naar toe
Hij hangt aan een snoer. De lamp
Electriciteit, 220 volt, 2700Kelvin
Ik laat jullie los

Ren op een drafje naar de muur
Spring op de muur en loop naar beneden
Tot aan de lichtschakelaar
Ik kijk jullie aan
En jullie kijken mij aan
Ik zwaai
En jullie zwaaien kort terug
Ik klik het licht aan

Via de muur, de hoek naar het plafond en nog een paar stappen
Ben ik terug bij de hanglamp
Bij jullie
We trekken de lamp omhoog
En kijken in het licht
Het reliëf bracht me meer dan ik kon voorzien

Samen
Hand in hand
Een hele poos
En nog een tijdje
Het kriebelt weer in mijn lijf
Nu van mijn buik via mijn handen naar jullie
En via jullie weer naar mij

Het is inmiddels schemerig
Ik kijk jullie beide aan
En laat jullie los
Geef eerst een knuffel aan de ander
Geef daarna een knuffel aan jou
Beide wel 16 seconden

Loop nu heel rustig naar de muur
Zet een stap op de muur
En nog een
Loop langs het lichtknopje en kijk achterom
Naar jullie
En jullie naar mij
Jullie zwaaien
En ik zwaai kort terug

Ik klik het licht uit
En loop naar beneden
Zet voet voor voet op de grond
Lees met mijn vingers
Nog een keer de muur
Loop naar mijn bed
Doe mijn kleren uit en ga liggen
Onder de deken

Ik kijk omhoog
Jullie staan bij de hanglamp
Kijken me aan
Ik zwaai
En jullie zwaaien kort terug
Ik draai me op mijn zij
Tel tot acht en weer terug
Sluit mijn ogen voor alles
En neem alles in mij op

Christa Niklewicz

Als het even kan

En als het even kan

dan gaan we weer

op pad langs stad en hier

vlier en vloed, ergens wacht

een rustpunt om bij te praten

we proosten -de armen gestrekt-

met Glühwein uit een thermoskan

een hapje uit een zakje

voeden onze maag en ziel

klaren de vertroebeling van ons brein

en nemen afscheid met een foto

van onze schoenen

die elkaar net niet raken

nog een grapje en een groet

en als het even kan

dan gaan we weer

om de kilte in ons voor te zijn

Ria Westerhuis

Groet

ik werp handkusjes

groet je met een zwaaigebaar

schenk mijn schoonste lach

…………………………………………….

ik zie mezelf weer

in het groen van je ogen

tuit ik mijn lippen

………………………………………………….

geen hand of hug meer

als lieve groet, enkel nog

een knipoog van jou

Ria Westerhuis

De perfecte omhelzing

eerst stop je in een buiging alsof je bruusk
met rennen stopt vlak voor een afgrond
dan sluit je iedere angst uit en elk geluid
nadat je tijd en alle woorden hebt gewist
blijf je op afstand zoeken in zijn of haar
ogen als ze uitdijen tot twee hemelsferen
waarbij een ziel een andere ontmoet
en denkt ik heb je zo gemist
vervolgens trek je terug je blik,
zoals de zon haar warmte terugtrekt
en de zee haar golven
je laat de stilte varen, glimlacht
en fluistert dan tot ziens, het ga je goed.

Michelle Andon

GOEIE!

Hoi! Hai! Hallo!
Doei! Dag! Doh!
De ander groeten
kost niks, doet ‘n boel.
Niet omdat we moeten
maar ‘t geeft een mens
zo’n goed gevoel!
SALUT!

Albert Schaafsma

Ketting

Je dacht dat iedereen alleen maar aan zichzelf dacht
en dan misschien alleen maar aan zijn eigen kliekje
je dacht dat jij er zoveel niet toe deed
dat jij niet werd gezien
er niemand zich wat van je aantrok
dat jij niet werd gekend

maar op een dag toen kwam je overeind
en je besloot dat mensen ook wel aardig kunnen zijn
veel mensen net als jij

wat aarzelend beginnen
je ging een beetje lachen
een knikje hier een groetje daar

er lachte iemand terug
je kreeg een voorzichtig knikje
een hand ging omhoog
je werd een beetje blij
je groette en je wuifde als iemand naar je keek
en langzaam ging het groeien
je keek niet meer achter je als het om jou ging

langzaam had je een ketting geregen
een blij bekend spoor door de stad
die jouw stad geworden was

Jan Ketelaar