Ah moi!

“Doe je mee? Groet je mee?”
Natuurlijk!
Dat ís voor mij ook heel natuurlijk.
Ik woon in een (heel leuk) dorp, dus…
Daar is het namelijk heel normaal om elkaar te groeten op straat. Heerlijk. Van hallo tot moi. Van oud tot jong. (Van die laatste groep vind ik het nog wel wat bijzonder, je hebt een leeftijdsgroep die eerder dénkt ‘ja de groet’n’…’ dan daadwerkelijk een hand ophoog steekt.)

Anders was het toen ik, groen als gras, naar het westen van het land verhuisde en daar in het begin, zoals ik het gewend was, iedereen groette die ik tegenkwam. Zo raar dat ze me niet terug groetten! Dus probeerde ik het in het begin nog even wat hárder, misschien hadden ze me niet gehoord: ‘HOI!’ Geen resultaat. Ik paste me snel aan, groette ook niet meer, maar echt goed voelen deed dat niet.

Nu woon ik weer lekker in het noorden en sindsdien groet ik weer graag en veel, net als iedereen hier: MOI!

Wat is er dan voor mij nu anders in deze ‘Groet je mee?’-week? Nou, misschien wel het tegenovergestelde dan wat de bedoeling was… ik groet veel minder dan normaal en dat komt uiteraard door die corona-toestanden. Er zijn dagen bij dat ik niemand tegenkwam om te groeten. Maar gelukkig kun je ook groeten via mail, app, telefoon, enz. want een dag niet gegroet (en gelachen) is een dag niet geleefd! 😉
In deze tijden hecht ik des te meer waarde aan zulke, op het oog kleine dingetjes. Kleine genietmomentjes. Het groeten, de tijd nemen voor een praatje, het briefje in m’n brievenbus van 2 jonge meisjes hier uit het dorp met het aanbod om boodschappen te doen mocht ik het zelf niet kunnen of durven door corona: daar word je toch blij van?!
Nu eerst maar even een kopje thee, ook zo’n genietmomentje.

Nou, moi hè?

Gilian Wijnalda